De rivier de Tiber mondt 25 km. ten westen van Rome in zee uit. In het vlakke landschap liggen twee steden die de naam Ostia (Lat. ostium, ‘ monding’) dragen. Ostia Lido is een moderne badplaats, waar het ‘s zomers vergeven is van de badgasten. Echt schoon schijnt het zeewater de laatste jaren nergens aan de kusten van Italië meer te zijn. Dit deert ons niet, wij komen voor Ostia Antica, de oude havenplaats van het antieke Rome.
Reeds in de eerste eeuw vóór Christus bedroeg de oppervlakte van het stadje 65 hectaren. Uit die tijd stammen de eerste stadsmuren met een totale lengte van 2½ km. Het strakke grondplan is, zoals bijna bij alle Romeinse stedelijke bebouwing, afgeleid van de contouren van een Romeinse legerplaats. De stad wordt feitelijk in twee lange helften verdeeld door een lange hoofdstraat, de decumanus maximus.

De stadskern beschikt over een forum, thermae (badhuizen), basilicae (markthallen), capitolium (religieus centrum, in Ostia artificiëel verhoogd) en curia (senaatsgebonw). Sinds keizer Claudius (reg. 41-54) bij de aanvankelijk onbeschermde haven twee grote pieren liet aanleggen, is het belang van Ostia als doorvoerhaven naar het achterland toegenomen. Nu kon de aanvoer van graan uit de ‘graanschuren’ van het Imperium Romanum (Sicilië, Egypte, Zuid-Frankrijk) nog beter worden gestroomlijnd. Een grote vuurtoren loodste de volgeladen schepen veilig binnen.
Subvectaque utensilia ab Ostia et propinquis municipiis, pretiumque frumenti minutum usque ad ternos nummos.
“Er zijn levensmiddelen vanuit Ostia en steden in de buurt aangevoerd en de prijs van graan is verlaagd tot drie sestertiën.”
(Tacitus, Annales XV 39.2; over het jaar 64)

De bloei van het handelsstadje Ostia is af te lezen aan de 61 kantoren die gelegen hebben aan het speciaal voor de graanhandel aangelegde plein hij de haven, de tegenwoordig geheten Piazzale delle Corporazioni. De welvaart van Ostia bleek echter niet oneindig. De haven raakte regelmatig dichtgeslibd en toen keizer Constantijn in het begin van de vierde eeuw Portus Romae (‘Haven van Rome’), een stadje dat verderop aan de Tiber lag, volledige stadsrechten vergunde, was het gedaan met de vooraanstaande positie van Ostia. De handel verplaatste zich naar de nieuwe haven en de stad, die op haar hoogtepunt honderdduizend inwoners telde, raakte in verval.

En nu? Een wandeling over de straten en pleinen van Ostia geeft de bezoeker die niet de gelegenheid heeft Herculaneum of Pompeii te bezoeken, een alleraardigst beeld van een antieke stad. Silo’s, badhuizen, tempels, een groot theater, woonblokken, winkels, kroegen (thermopolia), ja zelfs een heus openbaar toilet (latrina, daarvan zijn er drie) ademen een sfeer van authenticiteit. Vergeet niet een bezoekje te brengen aan de insula (woonblok) van de Wagenmenners (genoemd naar een fresco op de benedenverdieping van een antiek flatgebouw), de thermen van de Zeven Wijzen (kijk vooral naar de koepelzaal met mozaïekvloer) en vooral het huis van Amor en Psyche (zo genoemd naar de beeldengroep van een elkaar omhelzend verliefd paartje, nu op de eerste verdieping van het Capitolijns Museum in Rome).

En waar is de Tiber? Deze ‘schampt’ bij wijze van spreken de stad nu slechts in de noordwestelijke uithoek, want sinds een overstroming in het jaar 1575 heeft de bedding zich in noordelijke richting verlegd. Maar toen was Ostia al lang in vergetelheid geraakt. Pas aan het begin van de 19de eeuw zijn op initiatief van paus Pius VII daar opgravingen begonnen. Inmiddels is het onderzoek dusdanig gevorderd dat de oorspronkelijke indeling in wijken (regiones) en woonblokken (insulae) kon worden gereconstrueerd. Op iedere straathoek hangen weer de bordjes. In het museum midden op het opgravingsterrein kun je in de cafetaria bijkomen van de lange wandelingen.