Pal naast een druk bezochte overstapplaats van vele buslijnen aan de Corso Vittorio Emanuele en de tramlijn naar Trastevere ligt het opgravingsterrein van de Largo di Torre Argentina (kortweg ook ‘Torre Argentina’). De opgravingen dateren van het jaar 1935. Hier staan (op een terrein dat de Area Sacra, ‘gewijd gebied’, wordt genoemd) vier tempels uit de republikeinse tijd, gewijd aan typische Latijnse (dat wil zeggen: uit Latium afkomstige) godinnen. Een van hen was Mater Matuta, die ook in het stadje Satricum werd vereerd. Ten dele gaat het om patronessen van de waterhuishouding in een notoir drassig gebied van de stad.

De tempels, waaronder een in de vorm van een cirkel, een zogeheten tholos (Grieks θόλος), staan in één rij en wel gericht op het oosten, haaks op een porticus die vanwege de vele zuilen het hecatostylum (‘honderdzuilige’) wordt genoemd. Het hele domein moet door diverse zuilengangen zijn omgeven, waarvan de porticus Minucia de belangrijkste is.

Bovenop de resten van de allereerste tempel gezien vanuit de Corso Vittorio Emanuele II stond in de Middeleeuwen de kerk van de Heilige Nicolaas (de Calcario). Twee apsides met fresco’s staan daarvan nog overeind. Achter de tempel heeft men nog de sporen aangetroffen van een latrina, een openbaar toilet. Waar het gebied het terrein van het theater van Pompeius raakt, is de plek gelocaliseerd waar Julius Caesar op 15 mrt. 44 vóór Christus is vermoord. Hier zou Augustus als herinnering aan deze gebeurtenis een monument van 5 bij 2,5 m. hebben laten aanleggen.
Wetenschappers denken tussen de tempels de resten van een gebouw te hebben gevonden dat de statio aquarum moet zijn geweest: het administratiekantoor van waterwerken in het oude Rome.